vrijdag 15 mei 2009

Dagelijks besluiten nemen over papier/mail/dossiers

Vuistregels
1. Snel sorteren: houden, weggooien, weggeven
2. Wees streng voor jezelf
3. Bij twijfel maak je speciale stapel/map met twijfelgevallen. Je neemt de inhoud na een week, een maand weer door en je beslist dan wat en of je het nog nodig hebt.
4. Geef alles een vaste plek.
5. Houdt oppervlakken (tafels, bureau) zo leeg mogelijk
6. Sorteer losse spullen.
7. Ruim direct op en ruim altijd aan het eind van de dag op


Vragen om te beoordelen wat wel/niet weg kan
1. Houdt dit papier, deze mail, dit rapport verband met mijn hoofdproject?
2. Helpt dit papier, deze mail, dit rapport mij het werk af te krijgen?
3. Heeft dit papier, deze mail, dit rapport voordeel?
4. Raadpleeg ik dit papier, deze mail, dit rapport vaak?
5. Kan ik met dit papier, deze mail, dit rapport geld verdienen?
6. Heb ik tijd om iets met dit papier, deze mail, dit rapport te doen?
7. Zijn er fiscale of juridische redenen om het te bewaren?
8. Hoe zou mijn leven eruit zien zonder papier, deze mail, dit rapport?

Als je 1 van deze vragen met ‘ ja ‘ beantwoordt, dan moet je het papier/mail/rapport bewaren. Anders kan het weg. Doe dat dan ook direct.


Papier ordenen
Lees je post altijd boven de prullenbak. Wat weg kan, kun je dan ook direct weggooien.

Hanteer de volgende hoofdindeling:
1. Uit: moet naar iemand anders, naar de adm.
2. Lezen: snel scannen en relevante stukken inplannen om te lezen
3. Afwachten
4. Actie


Stel jezelf bij elk document de volgende vragen:
Moet en kan ik het afhandelen: actie (binnen 48 uur)
Wel afhandelen, niet nu: afwachten of bij je dossier
Wel afhandelen, afwachten op een ander: afwachten
Niet voor mijzelf delegeren, bakje uit
Niets mee doen, maar bewaren archiveren
Nieuw project maak een nieuwe map
Weggooien gooi het weg

Let op: het hoort bij je werk! Houd het bij.


Meer informatie: www.anskeplante.nl